Waar is iedereen? Tot zo ver het oog reikt, niets dan verlaten zandstrand. Ook onder water is het uitgestorven, we zijn een week lang de enige duikers tussen gigantische scholen vis. Erg vinden we het niet, integendeel! We genieten volop in Kaapverdië van het eiland São Vicente en haar relaxte Afrikaanse vibe.

Tekst: Judith Rietveld Foto’s: René Lipmann

Hallo?!? Ik krijg de neiging om heel hard te gaan roepen. Er is helemaal niemand. Het parelwitte strand ligt er verlaten bij. Het water voelt heerlijk koel aan mijn voeten, de wind blaast over de golven. Het zand van Praia Grande is zachtgeel en de zee kleurt door de zon van lichtblauw naar turkoois. Een perfecte plek om een heerlijke stranddag te hebben. Maar afgezien ons, is er niemand te bekennen. Waar is iedereen toch?

Kaapverdie

Het zand van Praia Grande is zachtgeel en de zee kleurt door de zon van lichtblauw naar turkoois.

Kaapverdië – São Vicente

São Vicente behoort tot een van de negen bewoonde Kaapverdische Eilanden en is in de verste verte niet te vergelijken met het populaire en toeristische Sal. Waar daar resorts uit de grond gestampt worden, blijven hier de hotels kleinschalig en komt er mondjesmaat wat bij. Ik had eigenlijk geen idee wat ik moest verwachten van deze duikbestemming. In ieder geval heel veel groen. ‘Cabo Verde’ betekent namelijk letterlijk ‘Groene Kaap’ in het Portugees. Maar waarom het zo heet, ontgaat me helemaal wanneer we een roadtrip maken. Ik zie enkel kale bergen, heel veel zand en af en toe een pluk groen. Het lijkt Egypte wel. «This is the green zone!» vertelt onze duikgids Gonçalo grijnzend. Ik kijk hem schaapachtig aan. Er staan enkele uitgedroogde bomen op een rijtje. Hij maakt een grapje. Toch? Hij ziet de verbazing op mijn gezicht. «Kaapverdië heette vroeger Ilhas de Cabo Vert, eilanden van Kaapverdië. De archipel bevindt zich namelijk 300 km van de westkust van Afrika, het dichtst bij Senegal. Daar vind je Cap Vert (Groene Kaap), het meest westelijke puntje van het hele continent. Maar met één eiland uitgezonderd, is de rest hier allemaal kurkdroog.» Kaapverdië ligt boven op een vulkanische hotspot, vandaar het ruige landschap. Op eiland Fogo is nog de enige vulkaan actief, alle andere zijn gedoofd. De archipel was onbewoond toen in 1460 de Portugezen de eilanden bereikten. Ze maakten het deel van het Portugese Rijk en in 1587 werd het een Portugese kolonie. Het was onder andere een belangrijke locatie voor de slavenhandel. De bevolking van Kaapverdië is dan ook ontstaan uit een mix van Portugese kolonisten en Afrikaanse slaven. Op 5 juli 1975 werd Kaapverdië uiteindelijk onafhankelijk van Portugal en kreeg een eigen president.

Kaapverdie

Dit lijkt Bonaire wel, met koloniale huizen en pandjes in de felste kleuren roze, blauw en groen.

Ons hotel is in het havenplaatsje Mindelo en zodra we het dorp binnenrijden, verdwijnt de gelijkenis met Egypte. Dit lijkt Bonaire wel, met alle koloniale huizen en pandjes in de felste kleuren roze, blauw en groen. Het is duidelijk dat men hier ook echt op straat leeft, mannen zitten op een pleintje te kaarten en kinderen rennen over de klinkerwegen. Kleine winkeltjes, restaurantjes en knusse koffiebarretjes vormen het ‘centrum’ rondom het kerkplein. We wachten eindeloos bij een zebrapad omdat een jong koppel de tijd neemt om over te steken. Doorlopen kennen ze niet. «Alles gaat hier wat langzamer,” en alsof dat alles verklaart voegt Gonçalo eraan toe: «Remember: this is Africa!»

Onze rib heeft gelukkig heel wat pk in huis.

Visbataljon

Ons hotel Oasis Porto Grande bevindt zich ‘midden in het centrum’. Het is pas gerenoveerd dus alles is nog gloednieuw. Net zoals het Haliotis Dive Center, dat vorig jaar augustus is gebouwd. Er zijn overigens maar twee duikcentra op heel het eiland. Haliotis zit naast het zwembad en binnen 10 minuten lopen sta je aan het strand. En dat is nou zo leuk: onderweg stoppen we even bij een lokaal koffiebarretje voor een heerlijke espresso, die we in onze wetsuits opdrinken op het terras. We stappen daarna aan boord van de rib die gelukkig heel wat pk in huis heeft. Dat mag ook wel, want er staan behoorlijk wat hoge golven! Ik bedenk me dat de afdaling in dat kolkende water niet een succes zal zijn, maar al snel draaien we een schitterende beschutte baai in waar het water spiegeltje glad is. Hoge, scherpe rotswanden flankeren de kustlijn. En dat is een groot voordeel voor de vispopulaties, legt Gonçalo uit: «De baaien zijn enkel per boot te bereiken, dus dat weerhoudt veel mensen ervan om te gaan vissen. Daardoor gedijen de vissen uitzonderlijk goed.» En dat blijkt wanneer we afdalen. Ik kan door de vissen de zee niet meer zien. Overal waar ik kijk, vis, vis en nog eens vis.

Kaapverdie

Honderden soldaatvissen hangen met z’n allen voor de ingang van een grot.

Honderden soldaatvissen hangen met z’n allen voor de ingang van een grot. Hoewel, het is dat ik wéét dat er een grot zit, ze blokkeren namelijk de hele boel. Thousand Fish is de ‘originele’ naam voor deze duikstek, hoewel de bedenker hier niet lang over nagedacht hoeft te hebben lijkt me zo. René zwemt door de troepen vissen heen, die de gelederen weer sluiten zodra hij ze gepasseerd is. Hij bevindt zich op enkele meters afstand, maar ik zie hem niet meer. Het idee is dat René een foto maakt vanuit de grot met mij voor de ingang, maar na vele vruchteloze pogingen geven we het maar op. Het zijn er gewoon te veel. Ik besluit zelf ook een kijkje te nemen in de grot en de soldaatvissen wijken nauwelijks. Ik bots bijna tegen een gigantische trompetvis op van meer dan een meter, geagiteerd zwemt hij weg. Sorry hoor, ik had je echt niet gezien. In de grot stuit ik op nog veel meer soldaatvissen, ik krijg het er haast benauwd van. Ik wurm mezelf naar buiten en de hele ingang van de grot is gelijk weer verdwenen achter een dik gordijn van vis. We volgen de wand op 10 meter diepte en komen uit bij de hoek van de baai, waar de muur schitterend begroeid is met knalgeel en oranje golden cup coral. Het zijn net allemaal kleine bloemen die op de muur geplakt zijn. Tijdens de safetystop probeer ik te bedenken met welk land de duik te vergelijken is. De Azoren, met al haar vulkanische onderwaterlandschappen? Maar daar had je dan weer veel minder felgekleurde koralen. Ik ben er nog niet over uit.

Kaapverdie

Schorpioenvissen, spinkrabben, kreeften, murenen, barracuda’s…

Kaapverdie

Hoofdattractie

René heeft zijn groothoeklens verwisseld voor macro, en deze keer zijn de onderwerpen wat eenvoudiger te fotograferen. In het zand heeft een geel/oranje bidsprinkhaankreeft zich ingegraven en kijkt nieuwsgierig naar buiten. Hij is van een behoorlijk formaat en lijkt daardoor ook niet bang te zijn. Ik laat René achter bij de ‘hoofdattractie’ van Barking Dog Bay, en zwem met Gonçalo langs de mini-wall op 16 meter diepte. Ik spot een felgekleurde zeenaaktslak, hij is diepzwart met knaloranje accenten (Hypselodoris picta verdensis). Ik ben gelijk enthousiast en zwem terug naar René. Die moet op de foto! Maar ik zie dat hij inmiddels al een andere slak voor zijn lens heeft.

Kaapverdie

In het zand heeft een geel/oranje bidsprinkhaankreeft zich ingegraven.

Kaapverdie

Diepzwart met knaloranje accenten, een Hypselodoris picta verdensis moet op de foto.

En wanneer ik nog eens beter om me heen kijk, bemerk ik dat het eigenlijk helemaal niet zo bijzonder is dat ik er eentje gevonden heb. Het ligt bezaaid met nudibranchs. Vooral de donkergroene met felgroene streep (Tambja fantasmalis) en de eerdergenoemde, kruipen overal over de stenen. Ietwat teleurgesteld over mijn (eigenlijk helemaal niet bijzondere) ontdekking, zet ik de duik voort. Schorpioenvissen, spinkrabben, kreeften, murenen, barracuda’s… En overal zwemmen soldaatvissen tussen en rondom de rotsen. Een school grijze grunts zweeft voorbij, gevolgd door een sepia die steeds van kleur verschiet. Ik zwem een klein stukje parallel met hem mee en geniet van zijn kleuren die in golfbewegingen steeds weer veranderen. Dát is dan weer iets wat René vast niet gezien heeft! Maar eenmaal aan boord is het eerste dat hij zegt: «Heb je die twee sepia’s ook gezien?»

Kaapverdie

Het eiland Santo Antão is een must see!

Diepe canyons

Vanaf São Vicente bereik je eenvoudig het eiland Santo Antão. Een must see volgens Gonçalo, want daar is het nóg veel groener. Juist. Op het eiland zijn microklimaten, waardoor de ene helft van het eiland enkel uit woestijn bestaat, maar de andere helft heel groen is. Met de ferry sta je binnen een uur aan de overkant en het verschilt amper van het andere eiland. Maar eenmaal met de auto op weg, verandert het landschap drastisch. Diepe canyons zijn uitgesleten in het vulkanische landschap en hoge basaltbergen zijn honderden meters hoog en markeren onze slingerende ocean road. Kraters met enorme afmetingen doen je afvragen hoe het geweest zou zijn als ze nog actief waren en ruige kliffen trotseren de krachten van de zee. En hoe noordelijker we komen, hoe groener het wordt. Zeker het binnenland. Dit deel staat blootgesteld aan de overheersende passaatwinden. Deze zorgen ervoor dat de wolken moeten opstijgen tegen de steile bergkammen, waarbij regen ontstaat. Sparren, baobabbomen en groene terrassen met verschillende soorten gewassen groeien uitbundig. Ik steek mijn hoofd even uit het raam en snuif de geur van ananas en mango, die naast andere soorten fruit goed gedijen. Het doet me denken aan Costa Rica, maar ook weer aan Bali.

Kaapverdie

Kopje koffie? Het ruikt nu al lekker!

Geen restaurantjes, geen winkeltjes

We naderen een klein gehucht, in de verte staan enkele huisjes. Mannen met diepe groeven op hun gezicht zitten te lachen op een muurtje, kinderen zwaaien naar ons. We stoppen, want we zien een vrouw met een grote ronde steen steeds heen en weer rollen. Ze is koffie aan het malen! Het ruikt nu al lekker. De bonen komen van het land en ze heeft ze zelf geroosterd. Met een vriendelijke lach kopen we de koffie, die ze in een boterhamzakje stopt. We vervolgen onze weg en rijden steeds meer het binnenland in. Je merkt echt dat hier geen of nauwelijks toerisme komt. Geen restaurantjes, geen winkeltjes, af en toe enkel simpele huizen en een lokale koffiebar. We verbazen ons over de diversiteit van het landschap. Diepe groene valleien, slingerende, smalle wegen met steile afgronden, om vervolgens bij een adembenemend uitzicht te komen. We wandelen door de krater van een vulkaan en lunchen bij de ‘lokale kruidenier’.

Kaapverdie

We wandelen door de krater van een vulkaan en lunchen bij de ‘lokale kruidenier’.

We rijden door naar een dorpje waar jongeren muziek luisteren en oude mannetjes met hun transistorradiootjes tegen hun oor gedrukt rondlopen. «Kom, we gaan naar de bar!» Zegt Gonçalo vrolijk. Ik zie in geen velden of wegen een bar, maar hij parkeert de auto naast een hokje ter grootte van een loempiakraam. Wanneer ik beter kijk, zie ik dat het helemaal vol staat met flessen drank. «Grogue?» De man achter de ‘bar’ tovert een plastic gallon tevoorschijn, tot aan de rand toe gevuld. Grogue is de lokaal gebrouwen drank van rietsuiker met maar liefst 40% alcohol. Hij schenkt vier glaasjes vol en we proosten. Het duurt even voor het landt, maar dan brandt het behoorlijk in je keel. Ik vind het niet heel erg lekker, maar we doen maar mee met de lokale bevolking, die inmiddels ook is ‘aangeschoven’. De muziek wordt harder gezet, de grogue vloeit rijkelijk (ik ben ermee gestopt) en we lachen en dansen met de vriendelijke mensen. Het is een groot feest. Zo natuurlijk opgenomen worden in een gemeenschap, voelt toch wel heel bijzonder. Als klap op de vuurpijl verblijven we in een schitterend hotel waarbij ik een suite heb met uitzicht op zee – waar ik helaas niet echt lang van geniet. Door de roes van de dag (of is het de grogue..?) en het ruisen van de zee val ik in een diepe slaap.

Kaapverdie

We willen de schroef ook graag zien, maar dat is een behoorlijk stuk zwemmen.

Monsterlijk vrachtschip

«Manta! Mantaaaaaa!» Snel, snel, er zit een manta in het water! We laten ons voorzichtig in het water zakken en kijken wild om ons heen. Waar is hij nu? Helaas is de enorme rog die we vanaf de boot zagen, in geen velden of wegen meer te bekennen. Onze laatste duik is op het wrak S. Macario, een monsterlijk vrachtschip van 100 meter lang. Het maakte in de jaren 60 water dat niet meer te stoppen was. De bemanning wist het schip te verlaten en het zonk voor de kust van Porto Grande van São Vicente. Het ligt ondiep, op slechts 15 meter. Opvallend is dat we hier nooit andere duikers tegenkomen. Zowel boven als onder water niet. Maar wat wil je, met maar twee duikcentra op het hele eiland. Ik vind het heerlijk. We starten bij de boeg maar die is zo hoog, dat het onmogelijk is om een goede foto te maken. Wel is het heel mooi begroeid met golden cup coral. De boeg is gelijk een van de mooiste plekken van het transportschip – want de rest bestaat voornamelijk uit brokstukken. Alles is verpletterd op de bodem, alsof er een enorme Afrikaanse reus op is gaan staan. Davits liggen verspreid tussen het puin en uit de reling van het voordek is een flinke hap geslagen. We willen de schroef ook graag zien, maar dat is een behoorlijk stuk zwemmen. Er lijkt geen eind aan te komen.

Kaapverdië

Onze laatste duik is op het wrak S. Macario, een vrachtschip van 100 meter lang.

Op bepaalde plekken is het wrak helemaal bedekt met zachte koralen, op andere plekken juist niet. De schroef is enorm maar dat was ook wel te verwachten van zo’n immens schip. Helaas zit hij ingesloten achter een grote plaat, dus fotogeniek is hij niet. Het lijkt erop dat de vissen het wrak interessanter vinden dan ik: die zijn er namelijk in overvloed. Soldaatvissen (goh, hoe verrassend!), heel veel juffertjes en egelvissen van meer dan een meter (ongelogen!) zwemmen af en aan. Bij de opstijging kijk ik nog even zoekend in het blauw, maar de manta laat zich helaas niet meer zien.

Kaapverdie

«Dat is Victor,» vertelt Gonçalo. «Hij vult zijn dagen met plastic in de baai te verzamelen.»

Love your vibe

Het zit er bijna op en we drinken nog wat bij de beach bar op het strand. Het water is azuurblauw en ik geniet van mijn koude rosé. Een vrolijke donkere man, met rasta’s die alle kanten op staan, loopt met een ontbloot bovenlichaam en een Hawaii zwembroek voorbij. In zijn hand enkel een knalgeel masker en snorkel. Je ziet duidelijk dat hij toch al de nodige levensjaren erop heeft zitten, maar hij is tanig door het vele zwemmen. «Dat is Victor,» vertelt Gonçalo. «Hij kan maar geen werk vinden. Maar hij vult nu al zijn dagen met plastic in de baai te verzamelen.» Even later zien we Victor het water in rennen, op zoek naar afval. Ik staar even naar de muur, waar love your vibe met grote letters op de muur staat. Dat lukt hier zeker. En waarmee Kaapverdië nu te vergelijken is? Met geen enkel land. Het is zo anders, zo puur. Het is eigen. Het is Kaapverdië.

Kaapverdië

Houd de beerkreeften in de gaten bij Ponta Nho Jo.

Topspots Kaapverdië

Djéu  Deze rots is een markant punt voor de kust van Mindelo. Bijzonder is de enorme grote school barracuda’s van meer dan 100 stuks. Let ook goed op, want roggen scheren graag over het rif. Vergeet niet in het blauw te kijken, want je hebt kans om Pelagische soorten te zien zoals tijgerhaaien en manta’s.

Anderen lezen ook:  Mirko Diving Center: «Op korte afstand varen liggen veel oorlogswrakken»

Vaartijd: 10 minuten Niveau: ervaren, er staat flink wat stroming Diepte: maximaal 25 meter

Ponta Nho Jo De instap is in een rustige baai. Trompetvissen, soldaatvissen en heel veel grootoogbaarzen vertoeven tussen de rotspartijen. Op het eind van duik staan twee pinnacles waar heel veel leven te vinden is. Het is geheel begroeid met oranje en knalgeel cup coral en er zwemmen gigantische vijlvissen rond. Houd de beerkreeften in de gaten die goed gecamoufleerd, maar nogal lomp over de bodem lopen. Honeycomb murenen loeren vanuit hun holen en barracuda’s overzien hun aanvalsstrategie in het blauw.

Vaartijd: 10 minuten Niveau: eenvoudig Diepte: maximaal 20 meter

 Kaapverdië

Things to do Kaapverdië, ga ook eens kitesurfen!

Things to do Kaapverdië

Ontspannen op het strand Geniet op het parelwitte zandstrand van Mindelo. Er zijn twee bars, Kalimba Beach Club maakt onderdeel uit van het Oasis Porto Grande Hotel. Hier kun je ook strandbedjes huren.

Lekker eten In Mindelo zijn veel leuke restaurantjes te vinden. Van lokaal eten, tot Europese gerechten. Vooral de ‘bitoque’ smaakt heerlijk na een dag duiken: een typisch Portugees gerecht met rijst, vlees, friet en ei.

Bezoek Monte Verde Vanaf deze 750 meter hoge berg heb je schitterend uitzicht over São Vicente. Een taxi brengt je voor € 10 naar boven en weer terug.

Ga kitesurfen  Door de passaatwind is dit de ultieme plek om te leren kitesurfen! Neem een proefles bij Salamansa Kite School of volg gelijk een basiscursus.

Kaapverdië

Kaapverdië met de eilanden São Vicente en Santo Antão.

Reisfacts Kaapverdië

Reis Vanaf Amsterdam vlieg je met een directe vlucht van TUI naar São Vicente. Dit duurt 6 uur.

Anderen lezen ook:  Scubapro Aladin Sport Matrix

Verblijf Kaapverdië

São Vicente Oasis Porto Grande ligt in het centrum, op enkele minuten afstand van vele toeristische trekpleisters zoals Mindelo Bay. Het hotel beschikt over 48 kamers en 2 suites. Alle kamers zijn uitgerust met een balkon met dorp- of zwembadzicht.

Santo Antão In oktober 2017 opende hotel Tiduca haar deuren, alles is dus nog gloednieuw! De kamers variëren van eenvoudig naar luxe suite met uitzicht op zee. Het hotel beschikt over een eigen restaurant en een groot dakterras waar je zowel de zonsopgang als zonsondergang kunt zien.

Kaapverdië

Hotel Oasis Porto Grande ligt in Mindelo en biedt een buitenzwembad

Haliotis Dive Center Het PADI 5* duikcentrum is gevestigd in Hotel Oasis Porto Grande. Het is een klein duikcentrum maar alles is aanwezig. Per dag maak je twee bootduiken, waarbij de oppervlakte-interval in een rustige baai plaatsvindt. Haliotis is een Aqua Lung Partner Center waardoor je gegarandeerd met een goede huuruitrusting kunt duiken. Nitrox is beschikbaar tegen meerprijs. Meer info: www.divingworld.nl

Beste duikperiode Het hele jaar door. September tot en met december is het hoogseizoen. Er staat dan weinig wind. In oktober en november heb je de meeste kans op manta’s.

Temperatuur Het weer wordt gekenmerkt door zon en een flinke bries, behalve in de zomer. De gemiddelde temperatuur bedraagt 26 graden in de winter en 30 in de zomer. Er valt weinig regen, de meeste in september, maar dat zijn vaak korte en hevige buien.

Taal Portugees is de officiële taal, ook wordt er veel Creools gesproken.

Touroperator voor Kaapverdië: Diving World, www.divingworld.nl

Kaapverdie

Onze rib, het PADI 5* duikcentrum is gevestigd in Hotel Oasis Porto Grande.

Bekijk ook: Oostkust: De wilde kant van Bonaire