Recent is door sportduikers een levende Witte wenteltrap gevonden in de Oosterschelde. In de afgelopen twintig jaar is deze soort, duikend in de Oosterschelde, slechts twaalf keer gemeld bij Stichting ANEMOON. Het betreft dus een zeldzame vondst. Of deze waarneming een indicatie is van een opkomst van de soort is onzeker. Daarvan kan pas sprake zijn als de soort komende tijd vaker gevonden wordt.
Herkenning Witte wenteltrap
De Witte wenteltrap (Epitonium clathratulum) is een zeeslak met een klein puntig, torenvormig, huisje met tot twaalf geleidelijk in grootte toenemende windingen. Het porseleinwitte huisje wordt tot ongeveer 13 millimeter hoog en 4 millimeter breed. De windingen zijn bezet met platte ribben die dicht op elkaar staan en geven zo de illusie van een wenteltrap. Op de laatste winding kunnen 18 tot 22 ribben staan. Het dier zelf is grijswit en heeft een paar smalle koptentakels met zwarte ogen aan de basis. De Witte wenteltrap is hermafrodiet en legt na de paring grote klompen met bolle of piramidevormige eicapsules.
De Witte wenteltrap is vrij eenvoudig te onderscheiden van andere wenteltrapsoorten in Nederland. De Gewone Wenteltrap (Epitonium clathrus) en Turtons wenteltrap (Epitonium turtonis) worden veel groter en bezitten een kleiner aantal ribben per winding.
Waarnemingen
Lege huisjes van de Witte wenteltrap zijn regelmatig aangespoeld gevonden op de Nederlandse Noordzeestranden. Deze kunnen vrij recent gestorven zijn, maar doorgaans zijn ze afkomstig van dieren die lang geleden geleefd hebben. Relatief grote aantallen lege huisjes op het strand hoeft dus niet te betekenen dat er een grote populatie voor de kust leeft.
Levend zijn Witte wenteltrappen maar een paar keer op het strand aangetroffen. Waarnemingen van levende exemplaren in het getijdengebied en onder water, gedaan door duikers, zijn ook zeldzaam. Langs de Noordzee gaat het maar om enkele waarnemingen, bijvoorbeeld in 2012 bij Domburg, in 2015 bij Neeltje Jans en in 2018 duikend bij de Brouwersdam.
In de Oosterschelde is de soort in de afgelopen twintig jaar door duikers maar twaalf keer gezien. Mogelijk zien duikers de Witte wenteltrap gemakkelijk over het hoofd. De soort leeft namelijk op zand- en slibbodems, waar hij jaagt op zijn voedsel: zeeanemonen. De dieren bewegen zich daarbij vaak (deels) ingegraven door de bodem. Uit bodembemonsteringen in de Zeeuwse Delta en de Voordelta in de periode 1990 tot en met 2010 weten we echter ook dat de soort relatief maar heel weinig levend is aangetroffen.
De eerste duikwaarneming in de Oosterschelde van een levend dier is gedaan in 2001 bij de Katse Hoek. Daarna zagen duikers de soort een aantal keer in 2005 bij de slikbodems van de Zeelandbrug en in de westelijke Oosterschelde, gevolgd door duikwaarnemingen van een enkel exemplaar in de jaren 2007, 2008, 2009, 2011, 2017 en 2018.
De meest recente vondst werd gedaan op 24 mei dit jaar door sportduikers in de westelijke Oosterschelde in een zandrijk gebied. Na vijf jaar waarin de soort niet is waargenomen in de Oosterschelde, is de soort daar nu weer drie jaar achtereen gevonden. Of deze waarnemingen duiden op een toename is onzeker. Pas als de Witte wenteltrap weer vaker wordt waargenomen is er mogelijk sprake van een toename. Het is daarom belangrijk dat er goed naar deze soort wordt uitgekeken door duikers en bij laag water door bezoekers van het getijdengebied.
Waarnemingen doorgeven
ANEMOON vraagt sportduikers waarnemingen te melden via het invoerportaal van het Monitoring Project Onderwateroever (MOO). Voor nadere toelichting of voor het doorgeven van waarnemingen die op een andere manier zijn gedaan, wordt verwezen naar de website van Stichting ANEMOON.
Tekst: Luna van der Loos, Stichting ANEMOON
Foto’s: Wiebe Nijland, Stichting ANEMOON; Peter H. van Bragt, Stichting ANEMOON
Bron: Nature Today