We kennen allemaal de kreet «plan je duik en duik je plan». Maar wat komt er allemaal kijken bij zo’n duikplanning? Techinstructeur Ferry Schram legt deze maand in Techschool uit hoe het zit.

Tekst: Ferry Schram Foto’s: René Lipmann

Vaak beperkt zo’n duikplan zich tot het rekening houden met route, duikdiepte en duiktijd. Wat op zich zeer belangrijke, dan wel de belangrijkste factoren zijn. Maar een goed duikplan bevat eigenlijk nog veel meer. Waarom is het zo belangrijk dat je duikplan nog veel meer bevat dan alleen waar gaan we heen voor X minuten en X meter diep?

Communicatie en duikplanning

Onder water hebben we niet de mogelijkheid om met elkaar te praten. We hebben dan ook alternatieve communicatie onder water, namelijk handsignalen. Sommige duikers maken gebruik van wetnotes, dit is een notitieboekje dat je onder water kan gebruiken.Dat is natuurlijk ontzettend handig, maar dit is wel tijdrovend. Hoe meer je van tevoren bespreekt, hoe minder kans er is voor onduidelijkheden tijdens de duik. Dit wil je namelijk voorkomen, het laatste wat je wilt, is dat je onder water een discussie moet voeren. Zeker wanneer je op diepte bent of richting het einde van je gasvoorraad zit. Een gedegen duikplan is eigenlijk een gehele doorloop van de duik.

Niet alleen de duiktijd, diepte en route, maar ook wie doet wat en op welk moment. Het is een beetje hetzelfde als je op vakantie gaat met de auto. Tank vol, bandenspanning, waar gaan we heen, welke route, waar stoppen we, wie neemt wat mee en wat gaan we doen op de bestemming. Het is natuurlijk erg fijn als hetgeen wat je wilt bezoeken open is en je er bijvoorbeeld al voor gereserveerd hebt.

Anderen lezen ook:  Invasief koraal rond Curaçao blijkt inheemse soort

Taakverdeling

Altijd duik ik in een team en we hebben over het algemeen een duidelijke taakverdeling. Dat betekent dat iedereen de leiding neemt in verschillende onderdelen van de duik. Zoals de navigatie, opstijging, decompressie en het schieten van een boei. Er is bijvoorbeeld een team captain die de pre-dive checks en de duik leidt, iemand die de boei oplaat en iemand die de opstijging leidt. Dit betekent dat één duiker bezig is en de rest een controlerende functie heeft. Het plannen van een duik begint bij het concreet en zo uitvoerig mogelijk formuleren van een doel. Daarna komt de verdeling van de taken om tot dit gezamenlijke doel te komen.

Vervolgens willen we weten wat we allemaal mee moeten nemen en of alles naar behoren functioneert. Ook bekijken we hoeveel tijd we nodig denken te hebben op welke diepte, om ons doel te bereiken. Hoe gaan we vanaf diepte terug naar de oppervlakte, hoelang gaan we daar over doen, is onze gasvoorraad toereikend en hoe worden de veiligheidsmarges berekend? Allemaal zaken die we vooraf doornemen.

Duikplanning: hoeveelheid gas

We rekenen altijd uit hoeveel gas we met twee duikers minimaal nodig zouden hebben als één duiker zonder gas komt te zitten. Dit berekenen we vanaf het verste of diepste punt in onze duik, naar de eerst voorradige gasvoorraad, wat vaak de oppervlakte is. Dat is ons minimum gas, wat dus inhoudt dat als deze druk wordt bereikt, het signaal einde duik wordt gegeven en we beginnen met de opstijging. Deze druk verschilt dus per diepte. Zo is ons minimum gas voor een duik naar 30 meter diepte met een 10 liter fles 110 bar.

Anderen lezen ook:  Wat zie ik nou in Zeeland?

In een GUE-opleiding leer je hoe we op deze druk komen en hoe we dit uitrekenen voor andere dieptes, zodat ongeacht naar welke diepte je duikt, je zeker bent dat je altijd een veilige marge aanhoudt. Het mooie aan deze berekening is dat je weet hoeveel je overhoudt voor de daadwerkelijke duik.

Dit in combinatie met de gemiddelde diepte en je verbruik, vertelt je of wat je gepland hebt, ook haalbaar is met de hoeveelheid gas die je mee hebt of dat je misschien iets aan moet passen. Bijvoorbeeld een andere cilinder. Je kunt dus op de minuut precies uitrekenen wanneer het moment einde duik gaat komen, indien er zich geen complicaties voordoen tijdens de duik.

Wat als…

Verder kijken we naar welke dingen nog meer van belang zijn om te bespreken voor onze duik. Denk bijvoorbeeld aan; hoe gaan we het water in, welke omstandigheden kunnen we verwachten, ons noodplan en alles wat nog niet benoemd is, maar wel van invloed kan zijn op de duik.

Zoals het hebben van een plan B, ook wel ‘plan plus’ genoemd. De zogeheten: «Wat als». Wat als de situatie heel anders is dan wat we in eerste instantie hadden verwacht? Het hebben van een back-upplan kan betekenen dat de duik alsnog gemaakt kan worden, maar ook dat stressverhogende factoren of onduidelijkheden voorkomen kunnen worden. Denk hierbij bijvoorbeeld aan het hebben van een tweede duiklocatie, mocht de eerste niet toegankelijk zijn.

Practice makes perfect

Het duikplan opstellen is net zoals alles bij onze manier van duiken een teamaangelegenheid. Dit betekent dat we niet alleen het plan met z’n allen maken, maar ook samen alle pre-dive checks voor het begin van de duik doornemen. Tijdens het doornemen en bespreken van dit plan checkt iedereen onder leiding van de teamcaptain zijn hele uitrusting. We gaan dan ook pas verder naar de volgende stap als iedereen een conformatie heeft gegeven dat de vorige stap naar tevredenheid is doorlopen en gecontroleerd.

Anderen lezen ook:  Op duikvakantie naar Curaçao: eerste stop Westpunt

Nu begrijp ik ook wel dat als je iedere week in dezelfde plas duikt, op hetzelfde ondiepe stuk, om weer die geweldige snoekbaarzen te zien, je eigenlijk denkt ‘ik weet het allemaal wel’. Toch is het dan slim om een plan te hebben. Want wat als die snoekbaarzen daar vandaag niet liggen? Dan is het handig om van tevoren al uitgezocht te hebben waar je ze eventueel wél zou kunnen vinden en ook dan is het belangrijk dat je weet hoeveel tijd je hebt voor die andere plek(ken). Zo krijg je toch alweer een leuk en duidelijk duikplan.

Het formuleren van een gedegen duikplan vergt wat tijd en energie, maar verdient zich uiteindelijk zeker terug. Ook hierbij geldt practice makes perfect oftewel: hoe vaker je het doet, hoe beter je erin wordt en hoeveel minder energie het je uiteindelijk zal kosten.

Over ons Techschool-Team

Ferry Schram heeft als dagelijks beroep brandwacht/duiker bij de brandweer in Amsterdam. Daarnaast werkt hij als (technisch) duikinstructeur bij Scuba Academie in Vinkeveen en bij FMTC Safety als instructeur en veiligheidsduiker. Sinds 2011 runt hij zijn eigen bedrijf Ferry’s Training Center met focus op GUE-cursussen (REC 1 tm 3, Fundamentals en DPV1).

Jeroen Wilms is technisch duikinstructeur, kapitein en duikleider bij Scuba-Academie. De laatste vijf jaar geeft hij vooral GUE-cursussen. Zowel Jeroen als Ferry geven ook personal dive training of coaching sessies.