Het is bekend dat bij overtrekkende ganzen in V-formatie de eerste gans het het zwaarst heeft, dat deze meer moet zwoegen dan de ganzen achter hem. Maar wist je dat dit ook het geval is bij vissen? Vissen die achter in een school zwemmen hoeven bijvoorbeeld minder met hun staart te slaan om mee te komen. Nieuw onderzoek toont aan dat vissen altijd efficiënter zwemmen in een school.
Met een computermodel werd door Charlotte Hemelrijk, onderzoekster aan de Rijksuniversiteit Groningen, aangetoond dat een vis die samen zwemt met anderen zich altijd efficiënter voortbeweegt dan in zijn eentje. De wetenschappers namen ook de viscositeit van het water en de invloed van het kielzog mee als factoren in hun onderzoek.
Hieruit kwam naar voren dat de ruitvorm ten onrechte als de meest voordelige vorm van een vissenschool wordt beschouwd.
Vier formaties
Vissen zwemmen in diverse formaties. Hemelrijk heeft in haar onderzoek de vissenscholen dan ook verdeeld in vier verschillende formaties. Vissen zwemmen: 1) in een lijn achter elkaar, 2) in een lijn naast elkaar, 3) in een rechthoekige formatie, 4) in een ruitvormige formatie.
Volgens allerlei theorieën is de ruitvormige formatie het voordeligst voor vissen, achter elkaar zwemmen zou inefficiënt zijn, in slagorde is weer efficiënt en in rechthoekige formatie zwemmen is neutraal. Toch blijkt uit het onderzoek van Hemelrijk dat de ruitvormige formatie meestal niet de meest efficiënte manier van zwemmen is.
Ook blijkt dat vissen in alle formaties efficiënter zwemmen dan alleen zwemmende vissen, ook als de individuele dieren in een lijn achter elkaar zwemmen.
Golvende zwembeweging
Volgens hemelrijk is achter elkaar zwemmen niet inefficiënt, zo verklaart zij: “Men dacht dat een vis die achter een ander zwemt, nadeel ondervindt omdat hij de door zijn voorganger veroorzaakte achterwaartse stroming recht tegen zijn neus krijgt en daardoor langzamer zou zwemmen.”
Het blijkt echter dat een vis zijn kop van links naar rechts beweegt tijdens het zwemmen, zodat zij de stroming met hun flanken vangen en dus juist profiteren van de stroming.
In een lijn naast elkaar
Dieren die in slagorde zwemmen, maken gebruik van het kanaliserende effect dat ontstaat, omdat de vissen gezamenlijk het water vooruit duwen.
Ook in de rechthoekige formatie maken individuele dieren gebruik van zowel het voorwaartse als het zijwaartse effect.
Ruitformatie
Het zwemmen in ruitformatie is volgens het onderzoek minder efficiënt dan het zwemmen in een rechthoekige formatie.
“Vissen die diagonaal voor andere vissen zwemmen, verstoren het kielzog van de vissen achter hen, waardoor het positieve effect ervan vervalt. Als de vissen verder uit elkaar zwemmen, is dit niet het geval en zouden de vissen kunnen profiteren van het vermeende ruiteffect,” aldus Hemelrijk.
Bron: Scientias