WWF-er Arjan de Groene, oceanenexpert en projectmanager Caribisch Nederland, blogt over zijn ervaringen tijdens een Caribische expeditie. Hierbij worden tijgerhaaien getagd en er wordt een echo van zwangere tijgerhaaien gemaakt.
Mijn wekker gaat af. Het is nog best vroeg, zes uur in de ochtend, maar het wordt al licht. Het aantal menselijke geluiden op de boot neemt toe, want het team ontwaakt op de Caribbean Explorer, de expeditieboot waar we deze week op ‘wonen.’ Er is voor mij geen tijd meer om te douchen, want we moeten snel aan de slag. In de verte komen al twee boten onze kant op die ons helpen bij het onderzoek. Ik trek mijn zwembroek en shirt aan en loop naar het dek voor een vlug ontbijt.
Terwijl ik een slok koffie neem, zie ik dat onze expeditieleider, Tadzio Bervoets, gaat starten met de ochtendbriefing. Tadzio: “Vandaag gaat team 1 met de Queen Beatrix II de lijnen zetten. Team 2 gaat met de Lady Rebecca op pad om de lijnen te checken en gevangen haaien te taggen.” Kort en krachtig, want we hebben inmiddels weinig woorden meer nodig. Iedereen weet waarom we hier zijn en wat we moeten doen.
In het tagging team
Vandaag zit ik in team 2. Ik mag dus helpen bij het taggen. Ik smeer mezelf in met zonnebrandcrème en neem een laatste slok koffie. Mijn collega’s pakken hun materialen en we lopen naar de achterkant van de boot waar de kleine dinghy, een kleiner bootje, al op ons wacht om ons naar de taggingboot te brengen.
De zee is wat onrustig dus de dinghy stuitert op en neer. Ik moet ook echt even goed oppassen dat ik bij het instappen in dit schommelende, grijze rubberbootje mijn evenwicht bewaar. De snerpende buitenboordmotor verstomt alle conversatie terwijl we het korte stukje naar de Lady Rebecca overbruggen.
Shark on the line!!
De schipper staat al op ons te wachten. Zodra we met zijn zessen aan boord zijn, geeft hij een flinke dot gas en zijn we op weg naar de ‘poison bank’ waar de Queen Beatrix II inmiddels is begonnen met het uitzetten van de lijnen met aas waarmee we hopen de tijgerhaaien te vangen. Na een uurtje wachten, gaan we de eerste van in totaal acht lijnen checken. We halen de lijn naar boven. Niets. Het aas is verdwenen, dus iemand heeft een volle maag, maar we hebben geen haai aan de lijn. Snel nieuw aas eraan en teruggooien.
‘‘Shark on the line!” roept de expeditieleider. En inderdaad, een flinke Caribische rifhaai aan lijn 2. De haai wordt langs de zijkant van de boot gemanoeuvreerd en we beginnen met het wetenschappelijke werk: met zijn zessen meten we de lengte van de haai, plaatsen we de tags en nemen we een DNA-monster. Als laatste neem ik een sample van de cloaca. Aan het materiaal dat we daarmee verkrijgen, kunnen we zien wat deze haai gegeten heeft. Omdat het geen zwangere tijgerhaai is plaatsen we geen satellietzender en laten we de haai weer los. Ze zwemt er snel vandoor, een goed teken dat ze weinig last heeft gehad van ons onderzoek.
Sommige haaien laten zich niet aan het lijntje houden
Een aantal ‘high fives’ later ligt de lijn met aas weer in het water en varen we snel door naar lijn nummer 3. Een tijgerhaai! Het is een mooi exemplaar, dus hetzelfde ritueel als zojuist volgt, maar wederom geen satellietzender omdat ze te klein is om volwassen en dus ook zwanger te zijn.
Bij de volgende drie lijnen is het aas ook weg of, en dit is interessant, is de lijn doorgebeten. Er zitten flink wat haaien op de Sababank en een aantal daarvan heeft nu lekker eenvoudig gegeten. Maar het lijkt erop dat er iets mis is met de lijnen. Die zouden niet zo makkelijk doorgebeten moeten worden. Dus als we terug zijn op de expeditieboot gaan we bespreken hoe we dat oplossen.
De lijnen bevatten haken waarmee we de haaien vangen met een sterke metalen draad vlak boven de haak die bedoeld is om bestand te zijn tegen haaientanden. Maar dat werkt niet altijd. Als de lijn afbreekt dan zit de haak in de haai en dat willen we natuurlijk niet. Ook al zijn deze haken van speciaal metaal dat binnen een paar weken weg corrodeert zodat de haai er slechts beperkte tijd last van heeft.
Haaien taggen
Dan lijn 7. Hier alweer een tijgerhaai aan de lijn. Deze lijkt wat actiever en onrustiger dan de vorige. Met veel moeite krijgen we hem langszij met zijn staart vastgemaakt aan de zogenaamde ‘tailrope’ die ervoor moet zorgen dat de haai stil blijft liggen. De voorste lijn houdt de kop van de haai op zijn plek. Maar een flinke zwaai met zijn kop en de voorste lijn breekt.
De natuurlijke reactie van een haai is om zo snel mogelijk naar beneden te zwemmen, maar de staart zit nog vast aan de boot! We moeten snel de staart pakken, omhoog trekken en het touw rond de staart losmaken. Met een plons klapt de staart op het water en verdwijnt de haai uit zicht. Dat was even schrikken, maar het is zo goed en veilig opgelost. De laatste lijn is leeg. Het is inmiddels lunchtijd en we varen snel terug naar de expeditieboot. We hebben weinig tijd, want we moeten snel weer terug om de set lijnen voor de middag klaar te zetten.
Dromen over Koekie de haai
De teams rouleren, en ik blijf achter op de expeditieboot. We moeten nieuwe lijnen maken voor de dag erop en ik moet nog een blog schrijven om te vertellen wat hier gebeurt. En terwijl ik dit typ komt er een foto binnen van een grote tijgerhaai die het team heeft gevangen. Deze haai wordt ‘Koekie’ gedoopt en krijgt een satellietzender, zodat we haar door het hele Caribische gebied kunnen volgen. Het team komt voldaan ‘thuis’ op de boot.
Het was weer een mooie en succesvolle dag! Ik zorg ervoor dat we alle elektrische apparaten opladen, zodat we morgen gelijk weer aan de slag kunnen. Tijdens het eten wordt de dag nog eens doorgesproken door iedereen en even na negen uur ’s avonds is iedereen in dromenland.
Partners en funders
Het team bestaat uit twintig mensen, dat zijn deelnemers van vijf verschillende natuurparken zoals Aruba National Parks Foundation (FPNA), STINAPA Bonaire, Nature Foundation St. Maarten, St. Eustatius National Parks (STENAPA), Saba Conservation Foundation (SCF), en vertegenwoordigers van de Dutch Caribbean Nature Alliance (DCNA), University of Groningen, Arizona State University, en natuurlijk het Wereld Natuur Fonds. Onze speciale dank gaat uit naar de familie Sprado die deze expeditie financiert.
Tekst: Arjan de Groene, Wereld Natuur Fonds
Foto’s: Daniel Norwood