We geven je 9 tips om in zoet water te fotograferen! Niet iedere duiker springt na zijn duikopleiding nog in het zoete water. Ook onderwaterfotografen geven vaak de voorkeur aan Zeeland en andere kleurrijke bestemmingen. Toch bieden zoetwaterplassen en meren in Nederland en België fotografen een zee aan leuke uitdagingen.
Tekst en foto’s: René Lipmann
Zoet water is een feest
Het wateroppervlak gaat voor een groot deel schuil onder een tapijt van bloeiende gele plompen en waterlelies. In een prachtig ritme, bepaalt door de wind, werpen wolken een schaduw over de waterplanten. Het geluid van een stampende en krakende windmolen waait tegemoet. Het is een foto waard. Niet voor niets worden Japanse toeristen met busladingen tegelijk bij eeuwen oude molens uitgeladen om voor het thuisfront een plaatje te schieten: Hollandser kan het landschap niet. Ja, ik ben ook gek op de Oosterschelde en direct te porren voor een wrakduik op de Noordzee. Alle soorten onderwaternatuur zijn mij lief. Maar wat betreft duiken, snorkelen en onderwaterfotografie, is het Nederlands zoete water pas echt een feestje voor mij. Daar ligt mijn grote passie.
Gouden licht
De voorliefde voor zoet water is niet ontstaan tijdens mijn eerste opleidingsduik in de Sloterplas van Amsterdam. Ik hou het erop dat deze voorliefde is ontstaan na een kort avontuur op 7-jarige leeftijd. Met mijn ouders woonde ik op één-hoog-achter in de Amsterdamse Pijp. In dezelfde straat woonden een oom en tante, eigenaren van een boot op de Vinkeveense Plassen. Daar bracht ik hele zomers door. Deze oom was voorzitter bij de duikvereniging, Onderwater Jagers Club (OJC). Op een goede dag hing hij mij een vijf liter duikfles op de rug en gaan met die banaan. Voor ik het wist lag ik langs een legakker in het water. Met een lekkende duikbril op mijn hoofd en vinnen drie maten te groot. Tot op de dag van vandaag herinner ik mij een mystiek gouden licht. Bijna tastbaar! Had ik vissen gezien? Een snoek? Baars? Geen flauw idee meer. Wel weet ik nog dat het onderwaterlandschap me mateloos boeide.
Jaren later, met een paar duikbrevetten op zak en trotse eigenaar van een serieuze onderwatercamera, was het voor mij een logische stap het eerste diarolletje om de hoek vol te schieten. Noodgedwongen, door een gebroken arm, moest ik mijn duiktank en zware Subtronic flitsers thuis laten en mij beperken tot snorkelen. Het resultaat viel me alleszins mee. Ik durfde het zelfs aan om een serie van vijf beelden in te zenden naar een onderwaterfotowedstrijd. De uitslag werd op een zondag in Sea Life Scheveningen bekend gemaakt. Rondlopende op de fototentoonstelling zakte per foto mij de moed in de schoenen. Haaien, manta’s en kleurrijke anemoonvissen fleurden de grijze wanden op. Wat deed ik hier? Snel naar buiten, een frisse strandwandeling deed me goed en ik nam me voor dicht bij mezelf te blijven. Zoet water is ook leuk.
Verrassing
De volgende ochtend, telefoon. Iemand van de organisatie van de fotowedstrijd. Waarom ik niet bij de prijsuitreiking was: «Kan u uw prijs in Den Haag komen ophalen? Uw inzending, de serie ‘Een Hollandse boerensloot’ heeft gewonnen en het past niet in een envelop.» Het jaar daarop was ik wel aanwezig en mocht ik, met een nieuwe foto en inzending, als winnaar het podium beklimmen. Opnieuw met een foto uit de Vinkeveense Plassen! Inmiddels had ik het door; zoet water is een feestje. Vandaag de dag neem ik, nu als jurylid, regelmatig deel aan internationale fotocompetities. Het niveau is soms duizelingwekkend. Alle inzendingen zijn super scherp. Diafragma, sluitertijd, belichting, compositie en veel meer fotografietechnieken worden fantastisch toegepast. Het gaat uiteindelijk om de meest onderscheidende foto. Te midden van alle prachtige inzendingen vallen zoetwaterfoto’s, door hun originaliteit, in positieve zin op. En in de prijzen! Bij een zoet water foto telt vaak de sfeer en de mystiek meer dan een goed herkenbare vis of plant.
Willem Kolvoort
Een begenadigd fotograaf, die al veel langer dan ik een groot deel van zijn leven in zoet water doorbrengt, is Willem Kolvoort. Waarom? Op zijn website www.kolvoortonderwaterfoto.nl schrijft Willem daar het volgende over: «Ons zoet water is nooit erg helder en juist deze hoedanigheid zorgt voor prachtige, sfeervolle onderwaterlandschappen waar heel veel levensvormen in goede harmonie met elkaar samenleven. Zo gauw je onder de waterspiegel verdwijnt, verandert je wereld. Je belandt in soms ondoordringbare wouden van waterplanten waar complete stilte heerst. De vaak geheimzinnige sfeer lijkt in niets op de hectische wereld erboven. Ik fotografeer niet alleen in diepe zandzuigplassen maar ook in veenplassen, slootjes, beekjes en eigenlijk overal waar het interessant lijkt en het water redelijk helder is. Eén van mijn favoriete duikplekken is mijn eigen vijver. Het is ongelooflijk hoeveel gevarieerd onderwaterleven daar op slechts enkele vierkante meters te zien is. En, ook in de onderwaterfotografie geldt: Ken je plek en je maakt goede foto’s, zelfs in je achtertuin!» Het gaat misschien wat ver om in de vijver van je buurman te springen, maar de boodschap is duidelijk.
Fotostudio
Net als Willem fotografeer ik in zoet water bij voorkeur onderwaterlandschappen. Daarbij maak ik meestal gebruik van bestaand licht. Juist dit natuurlijke licht zorgt voor zoveel sfeer in het onderwaterlandschap. Gebruik van flitslicht zou die sfeer te veel teniet doen. Flitslicht gebruik ik eigenlijk alleen in de macrofotografie. Natuurlijk verdwijnen kleuren naarmate je dieper onder water gaat, maar de eerste meters is er nog ruim voldoende daglicht voor geslaagde foto’s. Voor de hand liggende lenzen bij het maken van onderwaterlandschappen zijn een 10,5 mm fisheye-, of een 10-20 mm groothoekobjectief.
De afgelopen jaren is de onderwaterwereld voor mij uitgegroeid tot een fotostudio. Neem de openingsfoto bij dit artikel. Een foto die ik al jaren geleden heb ‘gemaakt’. Althans, het idee zat al die tijd al in mijn hoofd. Dagelijks zag ik de bij Kalfjeslaan aan de Amstel toeristen de Riekermolen fotograferen. Dat beeld vertaalde ik voor mezelf naar een onderwaterfoto. Een foto met op de achtergrond een molen, zoals een snoek zijn omgeving waarneemt. Het liefst met een typische Hollandse lucht. Mijn typische ‘groeten uit Holland’ foto.
Regels
Als afwisseling na het diepe duiken tijdens een reportage in Kroatië kijk ik uit naar een ontspannen snorkelduik. Ik hoef geen rekening te houden met kentering of stroming en er kan een paar kilo lood van mijn gordel. Waar ik wel rekening mee houd, is het tijdstip en de stand van de zon. Over het algemeen houd ik de zon in mijn rug, maar rietkragen, lelievelden en doorkijkjes lenen zich goed voor sfeervolle tegenlichtopnames.
Meestal lig ik ‘s morgens vroeg of juist later op de dag in het water. Zeker bij foto’s die ik halverwege de waterspiegel maak, zoals vandaag. Dat zijn beelden die een echte uitdaging vormen. Of frustrerend kunnen zijn. Een geslaagde compositie kan eenvoudig verpest worden door een paar druppels water die heel gemeen over je dome naar beneden kruipen. Het bovenste deel van je opname ziet er dan uit als een uitgelopen waterverfschilderij.
Hoe ik dit voorkom? Er zijn middeltjes te koop, maar uiteindelijk is de oplossing: veel foto’s maken van hetzelfde onderwerp. Je zult zien dat er altijd iets bruikbaars tussen zit. Ik heb in het water mijn plekje gevonden waar ik foto’s wil maken. De molen is tot mijn grote vreugde in bedrijf. In ruststand staan de wieken voor de molen. Dat levert niet de foto op die ik in mijn hoofd heb, de wieken wil ik in kruisstand hebben. Zou het toeval zijn dat de kruisstand (diagonaal, overheks genoemd) onder molenaars bekend staat als de vreugdestand? Echt blij ben ik nog niet. De lucht is strak blauw! Niet getreurd, het waait super hard. Aan de horizon verschijnen de eerste wolken die snel dichterbij komen. Ik start met half/half opnames. Vaak gelden er in fotowedstrijden beperkingen: een foto dient minimaal voor 70% onder water te zijn genomen. Die regels maken het niet altijd mogelijk om deze foto’s in te zenden.
Dat is jammer, want juist in dit soort foto’s ontstaat interactie tussen de onder- en de bovenwaterwereld. Ik neem de tijd om liggende en staande foto’s te maken. Continu zoekend naar een mooiere compositie. Daarbij verander ik tussendoor, eigenlijk puur op gevoel, mijn diafragma en sluitertijd. Na verloop van tijd word ik een met mijn omgeving. Niet alleen vissen accepteren nu mijn aanwezigheid. Ook andere soorten beginnen op te vallen. Een waterjuffer boort haar eitjes in de stengel van een witte lelie. Een poelslak hangt op zijn kop tegen het wateroppervlak, wat niet alleen een vreemd gezicht is. Het is ook heel fotogeniek. Het dier hangt daar om adem te halen. Als je gebruikt maakt van de spiegelende werking van het wateroppervlak, dan zie je de slak dubbel. Het resultaat is een aparte foto waar vast en zeker langer naar gekeken wordt dan gemiddeld. En wie wil er nou gemiddelde foto’s maken? De wolken komen eraan, ik verdwijn onder water en schiet mijn foto.
9 tips om in zoet water te fotograferen
1 Bij half/half opnames ontstaat interactie tussen de onder- en bovenwaterwereld
2 Maak gebruik van de spiegelende werking van het wateroppervlak, zo kun je een onderwerp laten reflecteren
3 De lente, zomer, herfst en winter; ieder jaargetijde heeft zijn mooie fotomomenten
4 Bergmeren, steengroeven en rivierduiken bieden goede kansen op andere foto’s
5 Maak van een onderwerp staande en liggende opnames
6 Waterplanten en rietkragen lenen zich goed voor tegenlichtfoto’s
7 Nederland is honderdduizenden kilometers sloot rijk, een snorkeltocht kan lonen
8 Laat je fliter(s) thuis, maak gebruik van bestaand licht
9 Bepaalde insecten en poelslakken maken gebruik van de spanning onder het wateroppervlak of nemen daar een hap lucht. Blijf ondiep.