Als je aan grotduiken denkt, dan komt Bosnië-Herzegovina waarschijnlijk niet meteen in je op. Maar dit land heeft vele prachtige grotten in een schitterende omgeving. De Balkan Cave Summit 2021 in Mostar gaf ons een klein inkijkje in het natuurschoon dat Bosnië te bieden heeft.
Tekst en foto’s: Brenda de Vries
Begin 2021 word ik benaderd door een grotduiker uit Slovenië met de vraag of ik zin heb om eind augustus naar Mostar te gaan om te gaan grotduiken. Grotduiken in Mostar? Ja, er zijn daar blijkbaar meerdere grotten waar je in kunt duiken. Het plan klinkt niet verkeerd. Maar het is wel 1.850 kilometer rijden. Wie zal er zin hebben om mee te gaan? Ik stel de vraag in een Whatsapp-bericht aan vrienden die ook grotduiken en direct komen er positieve reacties. Op naar Mostar dus!
Het water is ijskoud
De plaatselijke duik- en kajakclub verzorgt het vullen deze week en ze regelen toegang tot de grotten. Gezien de beperkte vulcapaciteit in Mostar wordt er gevraagd om zo veel mogelijk flessen zelf mee te nemen, en het liefst met rebreathers te duiken. Er zal 1 duik per dag gemaakt gaan worden. Zuurstof en helium kan ter plekke gevuld worden. Er wordt terloops nog even vermeld dat ondanks de luchttemperaturen van rond de 28 graden Celcius het water in de grotten niet warmer is dan 6 tot 9 graden, afhankelijk van de grot. Zijn wij dan welkom met wat OC-sidemountduikers en een sidemount CCR-duiker? Jazeker!
Na twee dagen rijden met aanhanger komen we aan in Mostar, een stad gelegen tussen de bergen. Ons hotel bevindt zich direct naast de duikclub en de rivier de Neretva. Na het uitladen gaan we eerst even naar de beroemde brug de Stari Most en zien we nog net de laatste sprongen van de Red Bull Cliff Diving World Series. Ons veel te hoog, maar het ziet er spectaculair uit. Terug naar de duikclub.
We krijgen een vriendelijke introductie. De hele ruimte staat vol met scooters en rebreathers en overal hangen droogpakken. Als we iets nodig hebben hoeven we het maar te zeggen. Wow! Er zijn ongeveer 50 duikers uit Slovenië, Polen, Zwitserland, Duitsland, Roemenië, Spanje, Oekraïne, Oostenrijk en natuurlijk Bosnië zelf. Voor de meeste duikers is het maximaal een dag rijden om hier te komen. De eerste avond merken we dat de prijzen voor eten en drinken bijzonder schappelijk zijn. Voor 5 euro heb je hier een hamburger met patat. En de bolletjes ijs waar je bij ons tot 1,20 euro per bolletje voor betaalt heb je hier voor 50 tot 75 cent per bolletje.
Niet extreem diep
De volgende dag wordt ons verteld waar we gaan duiken. Er zal die week in vier grotten gedoken worden en de meesten starten in Crno Vrelo, vlakbij Ćelije. Dat doen wij ook. Er is geregeld met de eigenaar van een viskwekerij dat daar geparkeerd mag worden zodat we niet ver naar het water hoeven te lopen. Het blijft echter wel 200 meter zwemmen naar de ingang van de grot in de Neretva rivier.
Deze grot heeft een lijn vanaf de ingang en we hoeven zelf niets te reelen. Ook zijn er geen zijtunnels waar we rekening mee moeten houden en staat er amper stroming. De omgeving is hier werkelijk schitterend: hoge bergen, een smaragdgroene rivier en aangename temperaturen, maar helaas vandaag wel wat regen. We bereiden onze sidemountsets voor en beginnen aan de zwemtocht naar de ingang.
Het is druk in en rond de grot, maar iedereen is vriendelijk en de grot is mooi. Hij is niet heel lang; de eerste 100 meter is een lange tunnel en daarna zit je op 50 meter diepte. Dan kom je in een kamer die zo’n 100 meter lang is, aan het einde is het plafond van de kamer 10 meter diep en de bodem ligt op 92 meter. Aangezien we niet van plan zijn om extreem diep te duiken zien we de bodem niet. Maar het eerste gedeelte van de grot is zeker mooi, en het zicht is geweldig.
Na het duiken gaan we de stad in, het is er droog en warm. Mostar is prachtig, al zie je er ondanks het werk aan het herstel overal nog steeds sporen van de oorlog. Bij de beroemde Stari Most-brug is de Bridge Diver’s Club gevestigd. Maar dit zijn geen duikers zoals wij, het gaat om cliff diving. Je ziet allerlei oefenobjecten langs de kant van de rivier zodat men niet meteen van die enorm hoge brug af hoeft. In de stad vind je veel Turkse invloeden en genieten we van een kop Turkse koffie.
Flinke stroming
De volgende dag wordt ons gevraagd of we willen aansluiten bij de mensen die naar Crno Oko gaan. Geen diepe grot, wel stroming, zeker na de regenval, maar we moeten takelen om onze flessen bij het water te krijgen. Oh ja, en er ligt waarschijnlijk geen lijn…
Na een rit door een prachtige omgeving komen we aan bij de brug waar we moeten gaan takelen. Zelf kunnen we over rotsen klauteren. Deze grot heeft twee ingangen. Eentje daarvan is stromingsvrij, maar het is slechts een tunnel van 100 meter lengte, waarna je boven water verder kunt. Er is wel een verbinding met het stuk waarin wij gaan duiken, maar dat is niet zwemmend af te leggen. We zien toch een lijn liggen vanaf de ingang, dus iemand heeft er eentje neergelegd. Maar in de grot komen we overal losse flarden van oude lijnen tegen, die blijken hier niet opgeruimd te worden.
Verder stroomt het in deze grot behoorlijk. Alleen met pull and glide komen we erin. Omdat ik een camera bij me heb, ondervind ik extra last van de weerstand, want ik heb maar één hand om te trekken. De stenen voelen scherp aan en dat ze dat ook daadwerkelijk zijn, zien we als we na onze duik zonder kleerscheuren er weer uit klimmen, maar een andere duiker tegenkomen die een jaap van bijna 20 centimeter in zijn droogpak heeft.
Niet fijn om hier vol te lopen, het water is immers maar 6 graden. Na onze duik van ongeveer een uur begint het ophijsen van de duikspullen weer. Niet alleen de flessen, maar ook mijn camera en de harnassen moeten allemaal weer omhoog. Al met al drie uur werk voor een uurtje duiken, de reistijd niet meegerekend. Maar een fantastische grot, oneindig zicht en mooie rotsformaties. Plus het uitzicht op de Neretva en de prachtige bergen. Op de terugweg genieten we nog even van een drankje aan de rivier.
Weinig grotduikers in Bosnië-Herzegovina
‘s Avonds praten we met de organisator en die vertelt dat het grotduikseizoen hier kort is: ongeveer zes weken per jaar, vanaf eind juli tot half september. Door de regen zijn de grotten daarna niet langer toegankelijk. Lijnen leggen is veelal onbegonnen werk, want ze spoelen er vaak net zo hard weer uit, of ze breken. Dit kun je je nu met het prachtige weer niet voorstellen. Ook zijn er maar weinig grotduikers, en daarom organiseren ze de Balkan Cave Summit, ter promotie van het duiken en het land.
Inmiddels is het tijd voor Bunica, een grot met matig zicht – zo wordt ons verteld. Opnieuw zwemmen in de rivier en weer wat stroming in de grot. De duikclub heeft een ladder, en die is al meegenomen door een groep Slovenen. We hoeven niet bang te zijn dat de ladder weggehaald is als wij later uit het water komen, zij zullen op ons wachten of de ladder laten staan. Prima! De ingang is te vinden op 18 meter diepte, daar waar de rivier eindigt (of beter gezegd: ergens uit de grond komt). Er ligt een lijn waar we naar moeten afdalen.
Mijnen langs de weg
Deze grot gaat naar meer dan 70 meter diepte en er is ook een ondiepere tunnel, tot 20 meter. Deze heeft geen lijn, maar we kunnen deze tunnel gegarandeerd vinden, zo is ons verteld. Oh ja, “Blijf wel op de paadjes” wordt ons nog in de oren geknoopt, want in deze regio liggen nog mijnen. Onderweg zien we de bordjes die ons waarschuwen voor mijnen langs de weg.
We parkeren aan het einde van een doodlopende straat waarvan de bewoners zijn ingelicht dat het deze week druk kan worden met duikers. Er loopt een paadje naar een rivier en ook hier heeft het water een prachtige kleur en zien we indrukwekkende bergen op de achtergrond.
Er staat stroming naar de ingang van de grot toe, maar er is tegenin te zwemmen. Het pluspunt: op de terugweg hoeven we ons alleen maar te laten meedrijven. De lijn vinden is lastiger. Het zicht is hier niet best en je wilt natuurlijk niet per ongeluk een grot inzwemmen.
Gelukkig vinden we de lijn uiteindelijk en komen we terecht in de diepe tunnel, want de ondiepe kunnen we niet vinden. Al met al maken we een prima duik, en als wij onze deco uithangen in de rivier blijken wij niet de enigen te zijn die dat doen. Het is een gezellige drukte onder water.
Oude lijnen
De volgende dag staat Buna op het programma. Het is hier erg toeristisch en uiteraard belanden wij met onze auto en aanhangwagen eerst per ongeluk aan de verkeerde kant van de rivier, tussen alle souvenirwinkeltjes en kraampjes waar we absoluut niet kunnen parkeren. Ondanks onze navigeerperikelen ziet het er hier erg mooi uit; een watervalletje, terrasjes en helder water.
Het is even zoeken naar de andere kant van de rivier, maar het lukt. We moeten hier wat verder lopen naar het water, maar het is gelukkig vlak. Omdat dit een toeristenoord is en het bij de ingang van de grot erg druk is met bootjes, worden duikers aangemeld. De hoofdtunnel gaat hier naar een diepte van 70 meter. We moeten aan de linkerkant een ondiepe tunnel kunnen vinden die naar een luchtbel leidt. Hoewel het water er op het eerste gezicht prachtig helder uitziet, valt dat tijdens de duik vies tegen. Soms hebben we 3 meter zicht, soms nog geen 5 centimeter. En ook hier is de pull and glide methode weer nodig om erin te komen.
Ook in deze grot vinden we veel oude lijnen en knoopwerk om de boel enigszins aan elkaar te houden. Zoals verwacht vinden we in dit zicht de ondiepe tunnel in eerste instantie niet. Dan de diepte maar weer in? Dat blijkt onverantwoord. Tussen de 35 en 40 meter diepte gaat de grot loodrecht naar beneden en giert de stroming zodanig langs je heen dat je je met je handen naar beneden moet trekken en je vinnen loodrecht omhoog wijzen.
We breken de duik daarom af. Op de terugweg vinden we bij toeval de ondiepe tunnel, maar er is niet voldoende tijd meer om erin te gaan. Jammer.
Bosnië-Herzegovina, we komen zeker weer terug
Na vijf dagen gaat een deel van de duikers weer naar huis, maar wij hebben besloten de rest van de week te blijven. En dus keren we nog een keer terug naar Crno Oko. Dit wordt een soort cleanup-duik en ook maken we nog wat foto’s. We kunnen veel oude lijnen opruimen, maar het is te veel om in één duik mee te nemen.
Het lukt dit keer om het circuit rond te zwemmen. Er is een gedeelte zo laag dat ik achterblijf; tegen de stroming in mijn camera meenemen en dan ook nog eens proberen om hem niet tegen de rotsen te laten slaan is haast niet te doen. Ik besluit te wachten totdat de rest terugkomt en dat duurt niet lang.
En dan zit het er weer op. Van andere duikers horen we dat er in het noorden van Bosnië ook nog veel mooie grotten te vinden zijn, dus we moeten zeker nog eens terug. Deze eerste kennismaking met de grotten in Bosnië smaakt naar meer. We hebben naast de grotten ook wat van het land gezien en dat zeker de moeite waard. De (vul)logistiek zoals die is in Frankrijk of Mexico vind je hier niet, maar wat niet is kan nog komen.
Aan het enthousiasme van de duikers zal het niet liggen.