Bij sportduiken in Nederland denk je allicht eerst aan de Oosterschelde, Grevelingen en bootduiken op de Noordzee. Ik kan niet ontkennen dat de duiken in het zoute water het meest fraai en compleet zijn. Maar ik ga jullie toch wat zoetigheid voorschotelen, want onbekend is niet per definitie onbemind. Een top tien zoetwatervissen! Hierbij de eerste 5!

Tekst en foto’s: Janny Bosman

Baars

Een van de eerste zoetwatervissen die je tegen zult komen, is waarschijnlijk de baars. Deze roofvis zie je in bijna elk watertype, van slootje tot diepe zand- of grindafgraving. Een fotogenieke vis vanwege de tekening en gelige kleur met rode vinnen.  Kleine baarsjes zwemmen in scholen. De grote exemplaren zwemmen doorgaans solitair.

Tijdens nachtduiken liggen de grote baarzen nog weleens op de bodem te rusten en zijn dan goed te benaderen. De eieren hangen als linten aan takken of obstakels onder water, het lijkt wel vitrage en ook wel een beetje op toiletpapier.

zoetwatervissen

zoetwatervissen

Naam: Perca fluviatilis

Paaiperiode: maart-april-mei

Voedsel: vis (ook soortgenoten), jonge baarsjes eten insecten

Beste tijd om te spotten: het hele jaar door, eieren in april (8-10 graden)

Waar: Baars kom je in de meeste zoetwaterplassen wel tegen zoals de Vinkeveense Plassen, Boschmolenplas en De Beldert.

Snoek

Wie kent de snoek niet? Een bekende roofvis. En in de zoetwaterplassen kom je ze regelmatig tegen. Een vis die doodstil blijft hangen in het water en pijlsnel kan wegschieten om een prooi te pakken.

Gevaarlijk? Als je met respect enige afstand houdt, is er niets aan de hand. De jonge snoekjes hebben een prachtige tekening, je ziet ze vanaf juli.

Anderen lezen ook:  Succesvol onderwaterfotograferen

zoetwatervissen

Naam: Esox lucius

Paaiperiode: maart-mei

Voedsel: vis

Beste tijd om te spotten: het hele jaar door

Waar: Snoek kom je in zoetwaterplassen zoals de Vinkeveense Plassen, Veenmeer, Boschmolenplas, Spiegelpolder en Toolenburgerplas tegen.

Karper

Deze aandoenlijke vissen zijn in veel zoetwaterplassen aanwezig. Maar dat zegt weinig over de ontmoetingen met ze voor ons duikers, want karpers zijn schuw. Er zijn verschillende soorten, onder andere de schub-, spiegel-, leder-, gras- en kroeskarpers. Doorgaans zien we de schubkarper zoals op de foto.

Zijn deze zoetwatervissen makkelijk te fotograferen? Daar kan ik heel duidelijk in zijn: nee. Je zult er geduld en veel tijd aan moeten besteden en het gedrag goed observeren. Maar dat is geen straf, want karpers hebben de uitstraling van een knuffeldier. Bij een watertemperatuur lager dan 10 graden stoppen ze met azen en trekken zich terug in de slibbodem voor een soort winterslaap.

zoetwatervissen

Naam: Cyprinus carpio

Paaiperiode: april t/m juni, dan is het een gespetter van jewelste in de oeverzone

Voedsel: insectenlarven, wormen, kleine kreeftachtigen, maar ook deeltjes van waterplanten

Beste tijd om te spotten: april t/m oktober

Waar: Boschmolenplas en Veenmeer

Zonnebaars

De zonnebaars wordt liever niet waargenomen door de Waterschappen in de zoetwaterplassen en sloten. Veelal worden ze gedumpt door mensen die ze zat zijn als hun vijvervis. Zonnebaars vreet nagenoeg alles op wat er in de vijver leeft. Niet goed voor lange termijn in een vijver, maar hetzelfde gebeurt in de sloten en plassen na het dumpen, met alle gevolgen van dien. Nooit uitzetten dus in open water!

Anderen lezen ook:  Dwalen met een kompas 

Ik kom ze af en toe tegen en kan niet anders zeggen dat het wel prachtige vissen zijn om te zien vanwege hun mooie felle kleurpatronen. Het zijn schuwe vissen die je bij voorkeur in de avonduren tegenkomt.

zoetwatervissen

Naam: Lepomis gibbosus

Paaiperiode: mei-juni

Voedsel: kleine vis, visbroed, muggenlarven, eitjes van amfibieën en libellen

Beste tijd om te spotten: mei t/m november

Waar: Boschmolenplas

Paling

Ook bekend als aal. Daar is de laatste jaren heel veel over te doen. Er komen namelijk steeds minder palingen voor wereldwijd, want het gaat erg slecht met de aal. Grote oorzaken hiervan zijn de migratieproblemen én de beroepsvisserij. Paling komt als larve in zout water met de stroming vanuit de Sargassozee naar de kustgebieden. Het volgroeien gebeurt in het zoete water en de voortplanting uiteindelijk weer in de Sargassozee.

Dat houdt dus in dat in het beginstadium de aal (glasaal) moet migreren tussen zout en zoet en in het eindstadium (schieraal) andersom. En dat is zeker niet eenvoudig nu er veel knelpunten zijn in de migratieroute. Denk aan dijken, sluizen, stuwmeren. Gelukkig komen we ze nog weleens tegen tijdens de duik en blijven ze welkome fotomodellen.

zoetwatervissen

Naam: Anguilla anguilla

Paaiperiode: onbekend, de paaigrond is waarschijnlijk de Sargassozee

Voedsel: kleine visjes, aasgarnalen, bodemdiertjes

Beste tijd om te spotten: februari t/m november

Waar: Boschmolenplas, Spiegelpolder, Haarlemmermeerse bosplas

Nieuwsgierig naar de volgende vijf zoetwatervissen? Klik!