Tegenwoordig wordt er meer dan ooit gedoken in droogpakken, zowel door sport- als techduikers. Toch, als je deze twee groepen vergelijkt, zul je zien dat onder technisch duikers veel meer mensen met een droogpak duiken. Waarom is dat eigenlijk? Technisch duiker en instructeur Sander Evering over de ins en outs van droogpakken.
Tekst: Sander Evering Foto: René Lipmann
Het doel van een droogpak is gelijk aan dat van elk natpak; de duiker comfortabel warm houden.
De manier waarop dat gaat is verschillend. Een natpak probeert het laagje water tussen de duiker en pak vast te houden en te isoleren tegen het water aan de buitenkant.
De duiker zal dit stilstaande water met zijn lichaam opwarmen en de duiker blijft veel warmer dan zonder zijn pak. Een dikker natpak isoleert beter dan een dunne. Het droogpak daarentegen is bedoeld om water buiten te houden.
De onderkleding die men draagt geeft een laagje lucht tussen de duiker en pak.
Deze lucht isoleert veel beter dan water, bovendien neemt het veel minder warmte op van de duiker. Omdat techduikers vaak diepe en langere duiken maken, worden ze meer blootgesteld aan kou. Dus is de keuze voor een droogpak snel gemaakt.
Er bestaan erg veel verschillende type droogpakken als je ze indeelt op het materiaal waarvan ze gemaakt zijn. Grofweg wordt er een verdeling gemaakt tussen neopreen en trilaminaat.
Een technisch duiker zal liever kiezen voor een trilaminaatpak omdat deze niet beïnvloed wordt door de waterdruk.
Een neopreen (nat)pak zal door de omgevingsdruk samengeperst worden. Dat geeft een verlies aan drijfvermogen en isolatie. Dat is verre van ideaal, juist op diepte wil je dat je pak zo warm mogelijk blijft en verlies van drijfvermogen is ook niet erg handig.
Dat laatste is te compenseren door je wing bij te blazen, maar als technisch duiker heb je vaak veel gas bij je.
Het gewicht van dit gas kan oplopen tot wel 10 kg. Als je dit ook al moet compenseren wil je niet ook nog eens een samengedrukt pak compenseren, bij een defecte wing zul je jezelf nooit omhoog kunnen zwemmen.
Een bijkomend voordeel van een niet samen te persen pak is dat je ligging (trim) niet beïnvloed wordt.
Daarbij kun je met je pak kleine ‘afstellingen’ doen; door het in- en uittrekken van armen en benen verplaats je gas en/of gewicht.
Ook hierom heeft een droogpak mijn voorkeur.
Maar trilaminaat is niet zomaar trilaminaat. Er bestaan vele soorten en maten die je kunt kiezen. Omdat bewegingsvrijheid erg belangrijk is, om bijvoorbeeld goed je kranen te kunnen bedienen, mag het pak niet stug zijn. Daarom duikt een dun en soepel pak veel fijner, maar zal het sneller slijten en lek raken.
De pasvorm is zeer belangrijk, een te klein pak beperkt je bewegingsvrijheid en een te groot pak duikt niet lekker en kan zelfs gevaarlijk zijn.
Sommige duikers kiezen er dan ook voor om hun pak op maat te laten maken.
Als je dat doet krijg je vaak nog veel meer keuzes voor je kiezen. Ik zal er enkele op een rijtje zetten. Sokken of schoentjes: standaard schoentjes zijn sterk en makkelijk, maar lang niet zo beweeglijk als de combinatie van sokken en (rock)boots.
Bovendien zit een sok vaak veel beter aangesloten en zorgt de rockboot ervoor dat er weinig gas bij je voeten kan komen.
Kies altijd voor een frontrits.
Dit zorgt niet alleen dat het pak telescopisch verstelbaar moet zijn in de lengte, maar ook voor minder weerstand bij het dichtdraaien van de kranen. De extra lengte zorgt dat het pak beter past.
Een pak zonder pockets is vrijwel onbruikbaar voor technisch duiken. Twee pockets zijn een vereiste voor het opbergen van je wetnotes, back-up masker, spoeltjes en je boeitje. Een klittenbandsluiting werkt vaak het beste. Tegenwoordig kun je kiezen tussen standaard nek en pols latex seals of een ringsysteem zodat er ook siliconen seals in passen.
Dit antiallergie materiaal is flexibeler bij koud water, zit comfortabeler en sluit beter af.
Bovendien kun je de seals in een hand-omdraai aan de waterkant vervangen. Een aanrader! Het type of merk ventiel is niet zo belangrijk, bovendien worden vrijwel alle ventielen of door SI Tech of door Apeks gemaakt.
De plaatsing van de ventielen is wel erg belangrijk.
De inlaat moet op een comfortabele plek zitten zodat er geen andere uitrusting overheen valt.
De uitlaat zit vaak verkeerd, deze moet bij een horizontale ligging in het water schuin richting het wateroppervlak wijzen. Alleen op die manier kun je tijdens een opstijging efficiënt ontluchten zonder helemaal uit trim te komen.
Vaak wordt er gekozen voor een extra beschermlaag op de schouder en bovenarmen om het pak tegen slijtage van de wing/backplate te beschermen. Knee-pads zijn soms overbodig, het hangt af van het materiaal dat op de benen wordt gebruikt.
Vaak zijn de benen al extra zwaar uitgevoerd met een materiaal van Cordura.
Op de juiste onderkleding wordt vaak ten onrechte bezuinigd.
Terwijl bij een trilaminaatpak dit je enige isolatie is!
Te veel en niet efficiënte onderkleding zal veel drijfvermogen geven. Stugge en niet goed passende onderkleding is een enorme beperking voor de bewegingsvrijheid. Last but not least; een P-valve!
Onmisbaar voor elke techduiker is een manier om te kunnen plassen in je pak.
Met een kathetercondoom voor mannen of de She-P voor vrouwen plas je de urine door een slangetje via een ventiel naar buiten. Simpel, schoon en effectief. Nooit meer een reden om te weinig te drinken en de beste manier om decompressieziekte tegen te gaan.
Er bestaan verschillende soorten voor mannen en vrouwen, maar een P-valve is altijd achteraf eenvoudig in een pak te monteren.
Over onze expert
Sander Evering is eigenaar van Dive Solutions. Hij heeft jarenlange ervaring in lesgeven op het gebied van sport- en technisch duiken.
Hij is GUE Rec 1-3, Fundamentals, DPV, TECH 1, IANTD en PADI Instructeur. Hij verzorgt daarnaast workshops en persoonlijke trainingen en hij is fanatiek grot- en wrakduiker. www.divesolutions.nl
Bekijk ook: Help! Wat doe ik hier. Trust me dive