Richard Otto las in DUIKEN over het afzinken van een C-130 Hercules in de Golf van Aqaba. De liefde voor vliegtuigen is mij met de paplepel ingegoten en de Hercules met zijn krachtige diepe motorgeluid, is absoluut één van mijn favorieten. Deze is er dus speciaal voor mij neergelegd, daar moet ik heen.
Tekst en foto’s: Richard Otto
De Hercules heeft zijn laatste rustplaats gevonden in Jordanië. Mocht je niet weten waar dat ligt, de buurlanden zijn Egypte, Israël, Syrië, Irak en Saoedi-Arabië. Een lekker lijstje. De voorbereiding begint: waar moeten we heen, hoe is het duiken daar en wat is er verder nog te doen. Maar ook: is het er veilig en hoe overtuig ik mijn buddy? Dat laatste valt gelukkig mee. Mijn duikbuddy is mijn vrouw en tot nu toe heb ik nog geen vakantieplannen kunnen bedenken waar ze niet enthousiast van werd.
Op naar de Hercules in Aqaba
Na maanden vooruitkijken, plannen en twijfelen, is het dan zover. De reis wordt geboekt en er is geen weg meer terug. Halverwege september zitten we in het vliegtuig naar Amman. Met de gehuurde auto zakken we via de haast verplichte toeristische trekpleisters als de Dode Zee, Wadi Mujib en Petra af naar Aqaba. We gaan duiken met Sinaï Divers, dat op het Mövenpick Resort zit in Tala Bay. Drie keer struikelen van Saoedi-Arabië af. De crew is enorm vriendelijk en behulpzaam, na twee weken lijkt het alsof we afscheid van familie moeten nemen. Het resort is van alle gemakken voorzien, het huisrif is zeker meerdere duiken waard en tweemaal per dag vaart de motorboot uit naar duikstekken wat verderop. Alle duiken worden in overleg gepland; zo kunnen we de gewenste stekken aandoen en bezoek je er geen ongewild dubbel.
Dubbel gevoel
Dan is het tijd voor de langverwachte duik op de Hercules, we besluiten om twee duiken te maken. De eerste zonder camera, om te genieten en wat foto’s te plannen. We gaan zoals elke keer met een rol achterover vanaf de motorboot het water in. Na nog geen minuut zwemmen doemt in de verte een indrukwekkend silhouet op. Naarmate we dichterbij komen, groeit het silhouet uit tot een machtig groot vliegtuig.
Hij staat in opstijgende (of landende) houding op de bodem, met het neuswiel van de grond. Omdat het wrak er nog geen jaar ligt, is het relatief onbegroeid. Via de zijdeur achter de vleugel zwemmen we naar binnen. In het ruim is het makkelijk manoeuvreren, de cockpit inzwemmen vraagt wat meer trimvaardigheid. De scherpe metalen randen kunnen je materiaal eenvoudig beschadigen en de doorgangen zijn maar net groot genoeg voor een duiker. De cockpit zelf biedt niet veel meer ruimte, bovendien is deze nog bezet!
Het bezoek aan de Hercules geeft mij toch een dubbel gevoel. Aan de ene kant gaat een wens in vervulling. Maar tegelijkertijd lijkt de eens zo sterke reus van zijn glorie ontdaan. Alles wat zou kunnen bewegen, is verwijderd: alle stuurvlakken, de deuren en ook de karakteristieke motoren. Allemaal weg, natuurlijk voor de veiligheid van de duiker. Begrijpelijk, maar tegelijkertijd zo jammer.
Nog een afgezonken voertuig
Tijdens de veiligheidstop bezoeken we het derde en laatste afgezonken voertuig. Voor het gemak wordt hij de tank genoemd, maar stiekem is het luchtafweergeschut. Door de geringe diepte is de lichtinval geweldig. Doordat we in de ochtend duiken, staat de zon ook precies waar ik hem voor de foto wil hebben. Achteraf is dit één van de foto’s waar ik het meest tevreden over ben.
Natuurlijk komen we niet alleen voor het duiken. Verder staat er nog een bezoek aan Wadi Rum op het programma. We zien deze woestijn die het decor vormt voor vele films als Laurence of Arabia, The Martian en de nog te maken Star Wars van alle kanten. Zo gaan we een dag per jeep, rijden we op een dromedaris en vliegen met een luchtballon.
Ook beslissen we een halve dag te gaan lopen. Zo heb je mooi de tijd om rond te kijken en foto’s te maken, ondertussen is het alleen gruwelijk heet. Aan het eind van de ruim twee weken telt ons logboek 13 duiken meer. Met alle andere uitstapjes die we hebben gemaakt, is dit al met al geen slecht resultaat. Maar zoals met elke (duik)reis komt het einde veel te vroeg. We zouden hier rustig nog een paar weken zoet kunnen zijn.